DRUIVENWEETJES: RIESLING

Riesling is een witte druif die soms ‘de koning’ genoemd wordt. Deze niet al te bescheiden titel heeft Riesling te danken aan het feit dat hij uitermate complexe kwaliteitswijnen kan leveren. Het is echter wel een koning met meerdere gezichten, want naast deze bijzondere kwaliteit bestaan er ook heel eenvoudige Rieslingwijnen en elk kwaliteitsniveau daar tussenin. De stijl van de wijn kan al net zo variëren: die loopt uiteen van mineralig en beendroog via halfzoet tot flink zoet met botrytis (edele rot). Kenmerkend voor Rieslingwijnen is dat ze over het algemeen voorzien zijn van een stevige dosis zuren die zelfs de zoetste varianten levendig houdt.  Aroma’s die je veel in Riesling tegenkomt zijn groene appel, natte steen, grapefruit, limoen, bloesem, vuursteen, honing en tropisch fruit (die laatste twee vooral in de zoete versie).

Aangezien Riesling een druif is die gevarieerde klimaten en bodemtypen aankan, is hij bijna overal ter wereld aangeplant. De beste resultaten geeft Riesling in relatief koele gebieden waar de druif lang en langzaam kan rijpen. Van oorsprong staat Riesling veel aangeplant in Duitsland. De Moezel en de Rheingau worden hier over het algemeen als de allermooiste streken voor Riesling beschouwd, maar ook in o.a. Pfalz, Rheinhessen, Mittelrhein, Nahe en Württemberg worden uitstekende Rieslingwijnen gemaakt. Een volgend belangrijk gebied dat (mede) bekend is om zijn mooie Rieslings, is de Franse Elzas. Daarnaast vind je Riesling ook elders in Europa, denk hierbij bijvoorbeeld aan Oostenrijk (vooral Wachau, Kremstal en Kamptal), het noorden van Italië (Alto Adige en Friuli), Tsjechië, Hongarije, Slovenië en Kroatië.

Ook buiten Europa komen we Riesling tegen: met name in koele delen van Australië (Clare Valley, Eden Valley, Tasmanië) en in de Nieuw-Zeelandse wijnstreken Marlborough en Nelson doet deze druif het erg goed. Daarnaast staat Riesling aangeplant in o.a. Chili, Argentinië, Canada en in de VS.

Bijzonder aan Riesling is dat deze druif ongelooflijk goed in staat is om subtiele verschillen tussen wijngaarden, de terroirnuances, terug te laten komen in de uiteindelijke wijn. Denk hierbij bijvoorbeeld aan kleineverschillen in klimaat of bodemsoort die terug te proeven zijn in de wijnen. Dit terwijl de wijn tegelijkertijd de karakteristieke kenmerken van de druif behoudt en dus ook nog naar Riesling blijft smaken.  Wat verder vrij uniek is, is dat Riesling bijna nooit in een blend (mix van meerdere druiven) belandt. Wijn van Riesling is bijna altijd van enkel en alleen Rieslingdruiven gemaakt. Van opvoeding in nieuwe en/of kleine eikenhouten vaten moet Riesling niks hebben: het is een van de weinige druivenrassen waarbij een merkbare invloed van hout gewoonweg geen lekkere wijn wil opleveren. Daar staat tegenover dat de betere Rieslings doorgaans opvallend mooi rijpen op fles (variërend van enkele jaren tot gerust een decennium of meer) en daarbij zeer complexe aroma’s ontwikkelen.

Met zoveel verschillende stijlen Rieslings is het niet verwonderlijk dat ook de mogelijkheden tot combinatie met eten zeer gevarieerd zijn. Om toch wat voorbeelden te noemen: (bijna) droge Rieslingwijnen kunnen goed combineren met visgerechten, zeevruchten, gevogelte en varkensvlees. Een Elzasser Riesling naast een Elzasser zuurkoolgerecht kan ook erg leuk uitpakken. Met een halfzoete Riesling kun je denken aan een combinatie met kruidige en wat hetere Aziatische gerechten (kies alleen niet te zoete gerechten, want dan komt het zuur in de wijn wat venijnig naar voren). Echt zoete Rieslings kun je goed schenken bij veel desserts, alhoewel een mooi glas kwalitatief goede zoete Riesling eigenlijk ook een (koninklijk) toetje op zich kan zijn.

(juni 2015)